Blauwe druif

Blauwe druif

Ja, het blauwe druifje is een lentebloeier voor je tuin, balkon of terras

Bloeiende blauwe druifjes, het wordt lente! Heel mooi om in hun potje buiten – in het zicht vanaf binnen – op balkon of terras neer te zetten. Zet ze buiten als het niet vriest. Ze komen uit een warme omgeving, dus moeten ze eerst buiten wennen. Maar je kunt ze ook eerst op een lichte plek in de kamer houden tot ze zijn uitgebloeid. Daarna kun je ze alsnog in de volle grond van de tuin planten om ze daar lekker te laten verwilderen. Dan heb je er in de komende jaren nog steeds plezier van. Plant ze op een zonnig of iets beschaduwd plekje, bijv. onder struiken, en laat ze daar verder met rust. Dan zorgen ze verder voor zichzelf. Zet je ze bloeiend in de kamer, dan kun je genieten van de zachte, zoete bloemengeur.

Druifhyacinten
De blauwe druifjes behoren tot het plantengeslacht van de druifhyacinten (Muscari). Als je dat weet, zie je meteen dat de bloemen inderdaad wel wat op die van hyacinten lijken en hun blauwe bloemtrosjes (er zijn ook witte blauwe druifjes) doen aan kleine trosjes druiven denken. Er zijn meer dan tien verschillende soorten Muscari. Het zijn allemaal bolgewasjes die in het voorjaar bloeien. Uit ieder bolletje groeit een groepje smalle, vrij dikke, riemvormige, opstaande of iets overhangende blaadjes. Dat wordt een rozet genoemd. De blaadjes zelf worden wortelbladeren genoemd omdat ze zonder steeltje uit de grond (uit het bolletje) komen. Bij de blauwe druifjes zijn dat twee tot zes blaadjes die tamelijk lichtgroen van kleur zijn.

Niet alle soorten Muscari worden ook blauwe druifjes genoemd. Dat zijn er maar twee, namelijk Muscari armeniacum (wordt nu door GroenRijk aangeboden) en M. botryoides. De verschillen tussen die twee soorten zijn maar klein. Het zijn echt planten om van heel dichtbij te bekijken en van te genieten (ook van hun zachte, zoete geur).

Muscari armeniacum uit de Kaukasus en de Balkan bloeit van nature in april. Dit is de iets grotere soort van de twee (bloeiend tot 30 cm hoog) en uit ieder bolletje komen drie tot zes blaadjes. Nog een goed herkenningspunt: bij deze soort zijn de bladeren langer dan de bloemstengels. Die bladerloze bloemstengeltjes zijn meestal wat geler dan de blaadjes en aan de einden van de stengeltjes verschijnt een tot 10 cm lange, dikke tros, dicht bezet met donker-violetblauwe bloempjes. Die bloempjes zijn een beetje bol-buisvormig met een toegeknepen lichter gekleurde opening. Als je heel goed kijkt, zie je daar aan de rand kleine tandjes aan zitten. De bloempjes geuren heerlijk. Dit is de soort die door de kwekers ook als fijn snijbloempje wordt gekweekt en dan al vanaf november te koop is. Er zijn diverse benaamde rassen. De cultivar ‘Blue Spike’ met wat zachter blauwe bloemen wordt het meest gekweekt, gevolgd door ‘Heavenly Blue’ die wat kleiner blijft en daarom vroeger tot de soort M. botryoides werd gerekend. Maar dat bleek onjuist. Als je ze zelf in de tuin wilt hebben (ze zijn prima winterhard) moet je de planten die je nu koopt, half maart in de tuin planten of in oktober bolletjes 7 cm diep poten. Ze stellen nauwelijks eisen aan grond of standplaats en kunnen zich goed vermeerderen (verwilderen). Je hebt er nauwelijks omkijken naar. Gewoon met rust laten is het beste.

Muscari botryoides komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa en Klein-Azië (Turkije en Armenië). Deze soort is wat fijner en blijft kleiner dan de vorige. Hij wordt ook minder vaak gekweekt. Enkele verschillen met de vorige soort zijn dat de blaadjes meer gootvormig en wat slapper zijn. Het zijn er twee tot vier en ze zijn bij deze soort ongeveer even lang als de bloemstengels (20-25 cm). Aan het eind van iedere bloemstengels verschijnt in april-mei een dicht klein trosje violetblauwe, bijna eironde bloempjes die bij de smalle opening een rand met piepkleine, witte tandjes hebben. Ook deze soort is voldoende vorstbestendig en kan prachtig verwilderen in de tuin. Ook deze worden door de kwekers wel eerder in bloei getrokken – als snijbloempjes zijn ze net iets te klein – en dan bloeiend in potjes aangeboden. Plant ook deze soort na de bloei dus in de tuin. Je kunt ook in het najaar bolletjes kopen en die in oktober-november 6 cm diep buiten planten.

Als je de potjes blauwe druifjes in huis zet
Geef ze dan een zo koel mogelijk, maar wel licht plekje en vergeet niet water te geven. Plantenvoeding is niet nodig. In de bolletjes zit voldoende voedsel voor een goede bloei.

Combinaties buiten. 
TIP: Blauwe druifjes die je in de tuin laat verwilderen gaan prachtig samen en bloeien ongeveer tegelijk met voorjaarsmargriet (Doronicum), groene Helleborus, gele Primula’s, narcisjes en rode botanische tulpjes.